Wassen van de hond

De vacht en de huid van een normale, gezonde hond hoeft niet regelmatig gewassen te worden (1 tot 3 keer per jaar). Als de vacht vuil is (lastig bij lichtgekleurde honden) of ruikt, bestaat vaak de behoefte om het dier te wassen.

Wassen impliceert het gebruik van een shampoo: het nut daarvan is het verwijderen van huidschilfers, het reinigen van de huid en het laten glanzen van de vacht. Honden met een normale gezonde huid hoeven niet met een shampoo gewassen te worden. In veel shampoos zitten sterk uitdrogende en reinigende bestanddelen die te veel huidhoorn verwijderen of de beschermende vetlaag van de huid aantasten. Vet en huidhoorn zijn nodig om de huid intact te houden.
Elke hond heeft een lichte "hondengeur" die sterker waarneembaar is als de hond nat is of als het erg warm is. De hond hoeft niet altijd gewassen te worden tegen deze hondengeur. Bij een gezonde hondenhuid kan beter alleen water gebruikt worden om het dier te wassen (eventueel een milde honden shampoo). Indien de hond echter een afwijkende huid heeft, bijvoorbeeld vet, droog, schilferig of met infecties, dan kan er met speciale (medicinale) shampoos, aangepast aan het huidprobleem, gewassen worden. Hierover kan uw dierenarts goede informatie geven.

Leidt regelmatig wassen tot irritatie van de hondenhuid?

Een normale hondenhuid zal zeker geïrriteerd raken door teveel wassen. Producten die sterke detergentia (reinigingsmiddel) of ander potentieel irriterende stoffen bevatten (zoals de meeste parfums) moeten vermeden worden. Verder is het erg belangrijk dat de resten van de shampoo na het wassen zorgvuldig worden weggespoeld. Honden met een afwijkende huid zullen baat hebben bij herhaald wassen met een aangepaste shampoo.

Welke shampoo?

Dit hangt af van de reden waarom u wilt wassen. Gaat het om een hond met een normale huid die gewassen wordt omdat hij vies is dan zal alleen water (of eventueel een milde hondenshampoo) volstaan.

Let wel op: er is een groot verschil tussen een mensenhuid en een hondenhuid. Hoewel de huid van de hond talrijke zweetklieren bevat, dienen deze niet (zoals bij de mens) voor de temperatuurregulatie (zweten) maar dragen ze bij aan de beschermende oppervlaktelaag van de huid. Daarnaast is een hondenhuid minder zuur dan die van de mens.
Daarom is een shampoo voor gebruik bij de mens absoluut niet geschikt voor een hondenhuid. Voor honden met een huidprobleem is het noodzakelijk om zorgvuldig een goede hondenshampoo uit te zoeken die het huidprobleem zal verlichten. De dierenarts zal u daarin begeleiden en adviseren.
Alleen de juiste shampoo zal bijdragen aan de oplossing van het probleem terwijl een onjuiste shampoo extra problemen kan veroorzaken.

Zijn shampoos werkzaam tegen vlooien en teken?

Het effect van shampoos die werkzame bestanddelen bevatten tegen vlooien en teken werken slechts kortdurend tegen de uitwendige parasieten. De vlooien die aanwezig zijn op het moment van de wasbeurt zijn wel dood, maar de huid kan meteen opnieuw besmet worden met parasieten uit de omgeving. De anti parasitaire bestanddelen van de shampoos zijn vaak zeer irriterend en drogen de huid erg uit. In vlooienbestrijding gebruiken we liever andere producten (pipetten of tabletten).

Hoe moet ik mijn hond wassen?

Eerst moet de hond geborsteld en ontklit worden. Eventueel in de gehoorgangen een prop watten steken zodat er geen water of zeep naar binnen kan vloeien. Maak de hond goed nat met lauw water. Vermijd nat maken van de ogen, oren en neus. Breng de shampoo aan op de nek en rug. Masseer de shampoo goed in de vacht en voeg eventueel extra water toe. Laat de shampoo even inweken en spoel daarna grondig uit. Eventueel het dier een 2de keer wassen. De vacht uitspoelen tot er geen zeepresten meer zijn. Dit is zeer belangrijk om huidirritatie te voorkomen.
Laat de hond zich na het wassen goed uitschudden. De vacht moet goed uitgekamd worden. Daarna met een handdoek de vacht goed droogwrijven. Het spreekt vanzelf dat u het dier niet mag laten opdrogen op tochtige plaatsen. Men kan eventueel het dier met de haardroger drogen, maar altijd voldoende afstand houden in verband met gevaar voor verbranding.