Ziekte van Weil (Leptospirose infectie)

De ziekte van Weil is een gevreesde ziekte voor de hond, die ieder jaar ongeveer 30 slachtoffers maakt. Daarnaast worden elk jaar enkele mensen ziek. De jaarlijkse enting van de hond bood tot nu toe een goede bescherming, maar door een verandering van de varianten Leptospira (bacteriën die de ziekte van Weil veroorzaken) is een aanpassing nodig  geweest van de entstof in januari 2013.

Veroorzaker

De ziekte wordt veroorzaakt door de wereldwijd voorkomende bacterie Leptospira. De bacterie komt via de urine van een besmet dier in stilstaand water terecht of op gras, en vervolgens kunnen andere dieren besmet raken wanneer zij in dit water zwemmen of het besmette (natte) gras eten. Rechtstreekse infectie door contact met urine is ook mogelijk. Bij honden variëren de verschijnselen van geen of zeer lichte symptomen tot een zich snel ontwikkelende, dodelijke ziekte. Sommige honden worden na infectie lange termijn drager. Ze lijken gezond, maar vormen zonder goede hygiëne een risico voor gezinnen en andere honden. 

Ratten vormen een belangrijk reservoir bij de verspreiding van Leptospira onder honden en mensen. Ratten hebben zelf nauwelijks last van de besmetting, maar blijven jarenlang drager.

Klinische diagnose

Omdat de symptomen kunnen lijken op die van andere infectieziektes, is een definitieve diagnose op grond van het klinisch beeld vaak lastig. Omdat er infectiegevaar voor mensen bestaat en omdat er tijdig een geschikte behandeling moet worden gekozen, zal de dierenarts dus snel een aantal diagnostische tests aanvragen.

Diagnostische tests

Leptospira-bacteriën kunnen onder de microscoop gezien worden in de urine, maar dit is niet altijd betrouwbaar. De meest betrouwbare manier om een infectie in een vroeg stadium te bevestigen, is het uitvoeren van bloedtests waarmee antilichamen tegen de bacteriën in het bloed kunnen worden aangetoond. 

Behandeling

In tegenstelling tot virale ziektes kan leptospirose met passende antibiotica worden behandeld. Daarnaast is een ondersteunende behandeling voor de aangetaste organen van essentieel belang.

Preventie

Preventie gebeurt door vaccinatie. De component tegen leptospirose zit meestal in de basisvaccinatie die honden krijgen. De immuniteit die wordt verkregen door vaccinatie duurt niet erg lang, dus jaarlijkse herhalingsvaccinatie  tegen leptospirose  is noodzakelijk.  Op basis van de specifieke situatie van uw huisdier, zal uw dierenarts het beste vaccinatieprotocol voor uw hond met u bespreken. 

De bacterie, die normaal gesproken in water wordt aangetroffen, wordt snel gedood door licht en temperaturen boven 20 ºC. De bacterie overleeft dus niet lang in fel zonlicht. Het is daarom aan te raden uw hond weg te houden bij stilstaand water in de schaduw, vooral als er ratten in de buurt voorkomen. 

Leptospirose – verschillende varianten

Leptospirose wordt veroorzaakt door bacteriesoorten die over de hele wereld voorkomen, de zogenaamde leptospiren. Van deze leptospiren bestaan diverse varianten die verschillende ziektebeelden bij honden kunnen veroorzaken. De ziekte van Weil is daarvan de bekendste.  Omdat besmette dieren ook mensen kunnen infecteren (dit heet zoönose) is een goede bescherming tegen leptospirose gewenst.

Hoe ziet leptospirose eruit?

Een hond raakt besmet doordat leptospiren vanuit de leefomgeving via wondjes of de slijmvliezen het lichaam van de hond binnendringen. In sommige gevallen blijven de symptomen beperkt tot algemene ziektesymptomen, zoals verminderde eetlust, braken en koorts. Maar het ziektebeeld kan ook verergeren waarbij de hond uitgeput raakt, spiertrillingen en gele slijmvliezen krijgt, gaat hoesten, diarree krijgt en ernstige nierproblemen ontwikkelt. Een hond met leptospirose heeft intensieve medische zorg nodig. Bij nietgevaccineerde dieren heeft een ernstige leptospiroseinfectie vaak een dodelijke afloop. 

Titerbepaling Leptospirose niet mogelijk

Titerbepaling doen van Leptospirose heeft geen zin. De juiste test hiervoor bestaat niet. Er is aangetoond dat jaarlijkse vaccinatie tegen Leptospirose (L4) noodzakelijk is.

Bredere bescherming noodzakelijk

Tot 2013 veroorzaakten vooral de twee serogroepen Canicola en Icterohaemorrhagiae ziektegevallen in West-Europa. De oudere vaccins beschermen uitstekend tegen deze twee varianten. Steeds vaker echter worden ook andere varianten in West-Europa aangetroffen die behoren tot de serogroepen Australis en Grippotyphosa. De oudere vaccins beschermen hier niet tegen. 

Om bescherming te bieden tegen deze nieuwe serogroepen van leptospirose, is er  het L4-vaccin beschikbaar. Omdat in de entstof  de twee nieuwe varianten zitten, moet deze enting de eerste keer herhaald worden (geboosterd) na 3 tot 5 weken. Daarna is jaarlijkse enting voldoende om tegen alle vier de varianten goede bescherming te bieden gedurende het hele jaar.

Artikel over leptospirose, bron gddiergezondheid.

Onze praktijk kan u meer informatie geven over leptospirose en bescherming tegen deze complexe ziekte.