Schildklierproblemen bij de kat

De schildklier is een orgaan welke zich bevindt langs de hals. Het orgaan is verantwoordelijk voor de productie van een hormoon dat ervoor zorgt dat er energie wordt gemaakt uit voeding. (de stofwisseling). Soms bevindt zich ook schildklierweefsel in de borstholte. Dit noemen we ectopisch schildklierweefsel. Schildklierproblemen komen bij katten regelmatig voor. Het  betreft bijna alleen maar katten boven de leeftijd van 10 jaar en het gaat hier vrijwel altijd om een schildklier die te hard werkt. Een te snel werkende schildklier noemen we ook wel hyperthyreoïdie.(hyper=veel,thyroïd=schildklier). Een te trage schildklier is, in tegenstelling tot bij mens en hond, een grote uitzondering bij katten. De te snel werkende schildklier bij de kat is in ongeveer 98% van de gevallen een goedaardige tumor; die ervoor zorgt dat de schildklier meer hormoon aanmaakt. Uitzaaien doet deze tumor niet snel, maar hij zorgt dus wel voor een versnelde stofwisseling.

De precieze oorzaak waarom zoveel katten boven de 10 jaar een schildklierprobleem ontwikkelen is nog niet duidelijk. Er wordt nogsteeds veel onderzoek naar gedaan.

Katten met een schildklierprobleem hebben als duidelijkste symptoom vaak veel eten en toch vermageren. Het gewicht en de spieromvang van de katten neemt af. De katten die de aandoening al langer hebben krijgen daarbij een wat typisch uiterlijk; beetje ingevallen kop, waardoor de ogen  groter lijken, matige of slechte bespiering en vaak een wat minder mooie vacht. De katten mauwen vaak meer en zien er ouder uit.
Doordat de stofwisseling te hard gaat, krijgen ze ook vaak een te hoge bloeddruk, nierproblemen of hartproblemen. Als dit het geval is kunnen de symptomen zich dus verder uitbreiden met veel drinken en veel plassen en allerlei symptomen behorend bij nier- en hartproblemen.
Het op tijd stellen van de diagnose  van een te snel werkende schildklier is belangrijk. Door de aandoening in een vroegstadium op te sporen, soms al voordat er duidelijke klachten te zijn, kan de ziekte en de daarbij behorende veranderingen aan de kat beperkt worden. 
Het schildklierprobleem kan door de dierenarts vast gesteld worden door bloedonderzoek. Er wordt dan gekeken naar de hoeveelheid schildklierhormoon in het bloed.
Tevens kan er gevoeld worden langs de hals om te beoordelen of de schildklier vergroot is. Een vergroting alleen is echter geen bewijs.

Als er bij een kat een te hard werkende schildklier is vastgesteld zijn er verschillende therapieën.

Er bestaat een speciale voeding waarmee de katten behandeld kunnen worden. Deze voeding bevat zo goed als geen jodium (een essentiële bouwsteenvoor de vorming van schildklierhormoon). Door het lage jodium wordt de overproductie van de schildklier geremd. Belangrijk bij dit dieet is dat de kat alleen deze voeding eet. Een paar andere brokjes of zelfs wat broodkruimels o.i.d. kunnen ervoor zorgen dat de schildklier toch weer jodium krijgt. Als de kat het dieet smakelijk vindt en er zijn geen andere katten in het huishouden is het een goede behandeloptie. Als de kat naar buiten gaat wordt het al minder goed te beoordelen of hij niet nergens iets extra’s eet.

Een veel gebruikte behandeling voor katten met een te hard werkende schildklier is de behandeling met schildklierremmende medicatie.  Deze medicatie heeft een remmende werking op de te hardwerkende schildklier en zorgt ervoor dat de hormoonspiegel in het bloed weer normaliseert. Zoals bij iedere medicatie zijn er ook bij deze medicatie mogelijke bijwerkingen, maar vaak doen katten het er goed op. Voor katten die geen tabletten innemen is er een alternatief in de vorm van een zalf, voor op de oorschelp, te bestellen. 

De tumor in de schildklier kan ook operatief verwijderd worden. Deze operatie werd voor de komst van de speciale voeding en medicatie vaker uitgevoerd dan tegenwoordig. Het nadeel van de  operatie is dat bij sommige katten beide helften van de schildklier betrokken zijn en soms hebben katten schildklierweefsel in de borstholte. (het eerder genoemde ectopische schildklierweefsel). Om te voorkomen dat de operatie ten onrechte wordt uitgevoerd kan men tevoren een scintigrafie scan laten maken. Dit is een scan waarop  te zien is waar zich actief schildklierweefsel bevindt. Een ander nadeel van de operatie is dat als de kat al hartproblemen heeft  er een narcose risico aanwezig is.

Naast bovengenoemde behandelingen bestaat er ook een behandeling die de kat levenslang kan genezen van een te hard werkende schildklier. De behandeling is, in 90% van de gevallen, eenmalig. Het betreft de behandeling met een radioactief jodium injectie die in een spier wordt gegeven. Het radioactieve jodium wordt omgezet in een niet-radioactieve jodiumvorm die in de schildklier straling laat vrijkomen. De straling blijft beperkt tot de schildklier en zal in dit orgaan de actieve cellen vernietigen die de hyperthyroïdie veroorzaken. Het deel van het radioactieve jodium dat niet door de schildklier wordt opgenomen, zal via de urine en ontlasting uit het lichaam verdwijnen. Ook het ectopische weefsel wordt mee behandeld. Omdat er met radioactieve stoffen wordt gewerkt, is het verplicht om de behandelde kat gedurende een aantal dagen in een speciale opnameruimte te houden. Deze behandeling kan op een beperkt aantal dierenklinieken plaatsvinden. Het grote voordeel van deze laatste behandeling is dat er niet levenslang medicatie toegediend hoeft te worden en dat er geen narcose risico aanwezig is.

Hyperthyreoïdie is dus over het algemeen goed behandelbaar.

Als uw kat goed eet en toch vermagerd is dat een goede reden om het bloed te laten controleren. Ook een screenend bloedonderzoek bij katten boven de 10 jaar kan hyperthyreoïdie vroegtijdig aan het licht brengen.

Esther van Dijk, catfriendly dierenarts Dierenkliniek Kortenoord