Castratie/sterilisatie bij Kat

Waarom katten castreren/steriliseren?

Bij katten wordt (indien u geen kittens wil) altijd geadviseerd om de poes of kater te castreren. In de meeste gevallen wordt de kat rustiger en zal deze minder uithuizig zijn en meer op het baasje gericht. Uit onderzoek is ook gebleken dat een gecastreerde kat gemiddeld twee keer zo lang leeft als een niet gecastreerde kat.

Bij katers adviseren we castratie om de volgende redenen:

  • Voorkomen van ongewenste dekking;
  • Tegengaan van dominantie of agressiviteit;
  • Voorkomen van sproeien in huis;
  • Indien een of beide testikels niet is ingedaald (Cryptorchidie).


En bij poezen om de volgende redenen:

  1. Voorkomen van ongewenste dracht;
  2. Voorkomen van krolsheid (gedrag, evt. sproeien in huis);
  3. Voorkomen van baarmoederontsteking;
  4. Voorkomen van melkkliertumoren.


Wat houdt steriliseren/castreren in?

Castratie betekent het verwijderen van de geslachtsorganen. Bij mannelijke dieren zijn dit de testikels, bij vrouwelijke dieren de eierstokken. In de volksmond wordt het woord ‘sterilisatie’ vaak gebruikt voor het castreren van vrouwelijke dieren en ‘castratie’ voor het castreren van mannelijke dieren. Maar in feite zijn beide ingrepen een castratie.


Vanaf welke leeftijd?

Poezen en katers kunnen vanaf 6 maanden leeftijd gecastreerd worden. Indien een kater voor die tijd al hormonaal gedrag gaat vertonen, zoals sproeien in huis, trillen met de staart verticaal omhoog of proberen een andere kat te dekken, dan adviseren we om zo snel mogelijk contact op te nemen of de castratie eerder kan. Wanneer een ongecastreerde kater al in huis sproeit, kan dit overgaan in aangeleerd gedrag en gaat het niet altijd over na castratie. 

Poezen en katers kunnen vruchtbaar zijn vanaf 5-6 maanden leeftijd, maar vaker pas op 9 maanden leeftijd. De daglichtlengte heeft invloed op de vruchtbaarheid. Een ongesteriliseerde poes wordt krols wanneer de dagen langer worden in het voorjaar. Poezen die binnen leven kunnen het hele jaar krols zijn, doordat ze blootgesteld worden aan kunstlicht. De krolsheid bij poezen duurt enkele dagen, ze vertonen dan gedrag als luid miauwen, over de grond rollen, veel aandacht vragen, en soms slecht eten. In het voorjaar kan een poes elke 3 weken krols worden, maar minder vaak kan ook.


De operatie

Op de dag dat de operatie gepland staat, vragen wij uw kat nuchter te brengen. Uw kat wordt onder narcose gebracht met een injectie slaapmiddel en een pijnstiller.  

Castratie kater
De haren op het scrotum worden verwijderd en via 2 kleine sneetjes in de huid worden de testikels verwijderd. De wond hoeft niet gehecht te worden. Vervolgens wordt een tegen-injectie gegeven, waardoor de narcosemiddelen sneller uitwerken. Hierdoor wordt het dier vlot wakker en heeft daardoor minder kans om af te koelen.

Sterilisatie poes
De kat wordt geïntubeerd met een kunststof buisje in de keel waarmee zuurstof en gasnarcose toegediend worden. De buik wordt geschoren en gedesinfecteerd. 

Via een klein sneetje in de buikwand worden de eierstokken verwijderd. De baarmoeder hoeft in principe niet verwijderd te worden, tenzij deze er afwijkend uitziet. De eierstokken produceren de hormonen bij poezen, wanneer deze zijn weggehaald wordt de baarmoeder heel klein en inactief en kan geen problemen geven in de toekomst. De buikwand en de huid worden gesloten met hechtdraad. De wond wordt onderhuids gehecht. We adviseren om gedurende 10 dagen de kat een shirtje of kraag om te doen om te voorkomen dat ze aan de wond gaat likken en deze geïnfecteerd raakt.

Wist u dat we bij Dierenkliniek Kortenoord poezen ook via kijkoperatie (laparoscopie) kunnen steriliseren?

Wanneer het dier weer goed wakker is mag het naar huis. U krijgt een formulier mee (nazorg) waarop staat aangegeven waar u de dagen na de operatie rekening mee moet houden.

Peri-operatief bloedonderzoekWij adviseren bij een ingreep onder narcose altijd een peri-operatief bloedonderzoek uit te voeren. Bij dit onderzoek nemen wij voordat uw huisdier onder narcose gaat, of in enkele gevallen als uw huisdier reeds gesedeerd is, een beetje bloed af zodat we een bloedonderzoek kunnen inzetten. Dankzij dit bloedonderzoek krijgen we een actueel en compleet beeld van de bloedwaardes van uw huisdier.  
Standaard werken wij met de meest veilige narcosemiddelen voor een gezond dier. Helaas gebeurt het soms dat huisdieren nog geen klachten vertonen van afwijkingen die we met een bloedonderzoek al wel kunnen aantonen. Mochten wij afwijkende waardes tegenkomen in het bloed (denk bijvoorbeeld aan afwijkende lever- of nierwaarden), dan kunnen wij de narcose zodanig aanpassen dat er zo min mogelijk risico’s aan de narcose kleven, zoals het gebruik van andere narcosemiddelen, andere pijnstillers of extra infuus.  

Thuis zijn een aantal punten belangrijk

  • Zet het dier in een rustige omgeving om stress te voorkomen.
  • Let op dat de kat de eerste dag niet kan klimmen. De balans kan door de narcose verstoord zijn, waardoor springen op een kast bijvoorbeeld niet goed lukt.
  • Buitenkatten moeten enkele dagen binnen blijven.
  • Op de dag van de narcose kan de kat nog wat misselijk zijn en niet willen eten. Vanaf de dag na de operatie moet hij/zij wel weer iets willen eten. Soms helpt het om een klein beetje natvoer aan te bieden.
  • Controleer dagelijks de wond. Neem contact op met de kliniek bij hevige zwelling, roodheid en/of vieze uitvloeiing.
  • Na castratie en sterilisatie gaat de stofwisseling omlaag, katten hebben dan dus minder calorieën nodig dan voor de sterilisatie/castratie. Doorde hoeveelheid calorieën aan te passen, hoeft het dier niet zwaarder te worden na de sterilisatie of castratie. We kunnen met behulp van het programma Feedwise precies berekenen wat de caloriebehoefte is voor uw kat. Het is aan te raden uw kat in de maanden na de operatie regelmatig te wegen. Indien uw kat nog kittenvoer krijgt, adviseren we na de castratie/sterilisatie over te stappen op adult voeding.


Na 10-14 dagen zien we uw kat graag terug voor de wondcontrole.

De beslissing om uw poes of kater wel of niet te laten castreren kunt u altijd overleggen met uw dierenarts. U kunt bij ons terecht voor een passend advies voor uw kat.

Mocht u na het lezen van de bovenstaande informatie nog vragen hebben, dan kunt u ons uiteraard altijd bellen op 0317 - 412 432