Elleboog Dysplasie Hond

Elleboog dysplasie (ED) is een verzamelnaam voor 4 aandoeningen in de elleboog: los processus anconeus (LPA), los processus coronoideus (LPC), osteochondrosis dissecans (OCD) en incongruentie (dit is een ongelijkheid  in de elleboog, ook wel de “step” genoemd).
 
Oorzaken
Er zijn meerdere factoren die invloed hebben op het ontstaan van Elleboog dysplasie. Zowel erfelijke factoren (zoals snel groeiende grote rassen), als omgevingsfactoren (bijvoorbeeld niet uitgebalanceerde voeding ) spelen een rol bij het ontstaan van Elleboog dysplasie
 
Bouw en functie van elleboog hond
De elleboog is een complex scharniergewricht in de voorpoten, wat maar in één richting kan bewegen. 
Het ellebooggewricht zitten tussen het opperarmbeen van de  bovenarm en het spaakbeen en de ellepijp van de onderarm. De ellepijp is extra lang, voor versteviging. De ellepijp heeft een paar uitstulpingen die met de bovenarm scharnieren. Deze uitstulpingen (processus anconeus en processus coronoideus) kunnen voor problemen zorgen als er afwijkingen zijn in de groei van het dier.
 

Elleboogdysplasie hond symptomen

Honden kunnen al op jonge leeftijd (4 tot 8 maanden leeftijd) klachten van kreupelheid laten zien. Soms kunnen ze moeizaam opstaan of  willen/kunnen niet meer springen. Het kan kreupelheid aan één of beide voorpoten geven. Buigen en vooral strekken van de voorpoten doet vaak pijn en lukt niet goed meer en zijn ook symptomen bij elleboogdysplasie hond.
 
Diagnose
Als uw hond kreupel is aan de voorpoten zal er eerst een uitgebreid klinisch onderzoek gedaan worden. Als daarbij pijnlijke ellebogen geconstateerd worden, zullen er röntgenfoto’s gemaakt worden van beide ellebogen.
 
Als er geen afwijkingen gevonden worden op de röntgenfoto’s zal er een CT scan gemaakt worden van beide ellebogen. Een CT-scan is een zeer nauwkeurige manier voor het stellen van de diagnose elleboog dysplasie. Onze kliniek heeft zowel een CT scan als eigen rontgönkamer tot haar beschikking.
 
Een artroscopie van de elleboog kan ook gebruikt worden om de diagnose te stellen, maar het kraakbeen van het gewricht kan ook barsten in het bot bedekken. Daardoor zijn niet alle laesies met een kijkoperatie te zien. Daarom is het advies om voor een artroscopie eerst een CT te maken, dit geeft een soort van landkaart voor de artroscopische behandeling.
 
Therapie
Wanneer er langer wordt gewacht met een (artroscopische) operatie, des te ernstiger wordt de artrose van het gewricht. Deze artrose vertraagt vaak de revalidatie van de hond na een operatie.
 
De meeste elleboogchirurgie wordt nu gedaan met artroscopie. Dit biedt veel beter overzichtsbeeld in het gewricht in vergelijking met conventionele chirurgie. Veel verwondingen en veranderingen in de gewrichten kunnen artroscopisch worden opgelost. Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat het de voorkeur heeft om het gewricht niet te openen. Op deze manier is de techniek weinig invasief en zal een snellere genezing en een beter eindresultaat geven voor de patiënt. 
 

Operatieve behandelingsmogelijkheden elleboogdysplasie hond

Los processus anconeus (LPA) wordt met name bij jonge Herders van 4 tot 9 maanden gezien. Op de röntgenfoto ziet men dat de processus anconeus niet vastgegroeid is. Dit moet normaal op de leeftijd van 5 maanden vergroeid zijn. Een nieuwe techniek bestaat uit het vastzetten van het losse stuk met een schroef. Dit kan alleen voor de leeftijd van 7 maanden.
 
 
Anders wordt het losse stukje verwijderd. Deze operatie is eenvoudig, maar heeft ook nadelen. Het gewricht heeft na het verwijderen niet meer zijn normale anatomische vorm en vertoont een abnormale beweeglijkheid. Dat kan later artrose geven. 
Maar niet opereren leidt zeker tot ernstige artrose en pijn.
 
Los processus coronoideus (LPC) wordt vooral gezien bij Labradors, Berner Sennen honden, Golden Retrievers, Friese Stabij en Rottweilers. Hierbij zit een los stukje been met kraakbeen los dat behoort tot de ellepijp (ulna)  en dat ligt op de grens tussen de ellepijp(ulna) en het spaakbeen (radius). De symptomen ziet men vaak al op de jonge leeftijd van 5-8 maanden.
 
Na een CT-scan kan met  de scoop gekeken worden of de diagnose zeker is en de losse stukken kunnen dan ook meteen artroscopisch verwijderd worden.

Foto: Los beenfragment (LPC) in ellebooggewricht. 
 

Informatie video: verwijderen botfragment tijdens Artroscopie

 
Osteochondrosis dissecans (OCD) wordt met name bij rassen gezien waarbij ook de LPC voorkomt. Hierbij zit dan een losse kraakbeenflap in het gewricht. Enkel het losse stuk kraakbeen wordt verwijderd met de artroscopische operatie.
 
 
Bij sommige honden komt gelijktijdig OCD en de LPC voor. Het vooruitzicht voor deze honden is steeds gereserveerd, zeker als de aandoening aan twee kanten voorkomt. Meestal is er al uitgebreide artrose aanwezig als de diagnose wordt gesteld.
 
Incongruentie (de step of ongelijkheid in de elleboog) hierbij zijn de ellepijp (ulna) en spaakbeen (radius) niet even lang. Het langste bot wordt daardoor overmatig belast waardoor kraakbeen letsel ontstaat op de  langste kant. Door operatief het langste bot te verkorten (of het kortste bot te verlengen) kan dit probleem opgelost worden. Hiervoor zijn verschillende technieken mogelijk, afhankelijk van de oorzaak en of er al artrose in de elleboog aanwezig is.

Foto: incongruentie spaakbeen en ellepijp, met pijl.
 
Ulnectomie is een mogelijkheid als er nog geen artrose is , en als de incongruentie al gediagnosticeerd is, terwijl de pup nog in de groei is. Hierbij wordt een zaagsnede in de ellepijp gemaakt zodat dit bot zich in lengte en positie kan aanpassen aan het ellebooggewricht en voor een beter passende elleboog zorgt.

Foto: zaagsnede gedaan als ulnectomie in de ellepijp (ulna)  
 
 

Elleboogdysplasie hond prognose

Uit onderzoek blijkt dat door vroegtijdig verwijderen van het losse stuk de artrose beperkt kan worden. De klinische verbetering is meestal goed, in ongeveer 85 % van de gevallen zullen deze honden perfect functioneren na de artroscopische operatie. Wel hebben ze vaak een herstelperiode van 3 maanden nodig. 
 

Kosten operatie elleboogdysplasie hond. 

Uw dierenarts kan u alle vertellen over de totale kosten. De kosten zijn onder ander opgebouwd uit de operatie kosten. Inclusief narcose middelen, medicijnen (exclusief tranquilizers indien nodig), röntgenfoto’s indien nodig (na de operatie en op 8 weken na de operatie),  de chirurgische ingreep (inclusief gebruikte implantaten en materialen). Ook de controles na de operatie gedurende 8 weken en de controle röntgenfoto op 8 weken na de operatie zitten bij deze prijs inbegrepen. 
Eventuele ulnectomie wordt apart geoffreerd.
 
Post operatief (na de operatie)
Na de operatie is er een revalidatieperiode noodzakelijk. De eerste 14 dagen na de operatie moet er absolute benchrust gegeven worden. Dat houdt in dat uw hond alleen voor behoefte (aan korte lijn) naar buiten mag en daarna weer benchrust moet krijgen. De 6 weken daarna krijgt u een bewegingsschema mee waarbij de hond aan de korte lijn langzaam steeds iets meer mag lopen.
 
Iedere patiënt revalideert verschillend van elleboogdysplasie. Er zijn vele factoren die invloed hebben op de revalidatie. De leeftijd speelt een grote rol, bij een oudere hond verloopt de revalidatie vaak langzamer. De artrose die aanwezig is op het moment van de operatie heeft ook invloed op het sneller of trager verloop van het herstel.  Ook het gewicht van de hond is belangrijk; lichte honden revalideren beter dan (te) zware honden.
 
Complicaties
Helaas kunnen er altijd complicaties voorkomen.
 
  • De wond kan geïnfecteerd raken, vaak komt dat door likken of bijten aan de wond.
  • Er kan (onder de huid) een wondvocht opstapeling optreden ( seroma vorming)
 
U kunt onze kliniek op telefoonnummer 0317-412432 bellen om een vrijblijvende telefonische afspraak met Marèse van Haneghem te maken. Zij kan u adviseren en informeren over de beste mogelijkheden.
 
Marèse van Haneghem, Orthopedisch Dierenarts.
 

Zie ook